De waarde van een woning is van veel zaken afhankelijk. Een taxateur kijkt niet alleen naar vormgeving, woonoppervlakte, locatie en onderhoud. Ook elementen van een woning zoals kozijnen en deuren spelen een rol voor de uiteindelijke waarde. Wij zijn benieuwd hoe een taxateur naar houten kozijnen kijkt. Om hier antwoord op te krijgen, spraken wij Joris Jipping. Deze 30-jarige Almeloër is taxateur en directeur/eigenaar van makelaarskantoor Team Sanders, dat ooit werd opgericht door Bern Sanders.
Jipping is sinds eind 2013 werkzaam in de makelaarswereld. Hij studeerde in Groningen en ging daarna aan de slag bij een makelaarskantoor in Enschede. Tegenwoordig is hij de trotse eigenaar van Team Sanders. Ook is hij bestuurslid bij NVM Twente.
Hout
Houtskeletbouw als bouwmethode is bezig met een comeback, zo vertelt Jipping. “Houtskeletbouw was in de jaren ’90 erg populair. Daarna werd het minder en zagen we meer traditionele bouw, waarbij gebruik wordt gemaakt van gemetselde gevels en betonnen verdiepingsvloeren.”
“Traditionele bouw is nog steeds de hoofdmoot, maar in nieuwbouwwijken waar men ‘vrij’ mag bouwen zie je steeds meer houtskeletbouw. Het grote voordeel van deze bouwmethode is de snelheid. Houtskeletbouw gaat sneller. Hierdoor zijn er minder handjes nodig, wat weer geld scheelt.”
Niet alleen qua bouwmethode is hout populair. “Je merkt in het algemeen dat we teruggaan naar natuurproducten. Mensen vinden natuurproducten fijn. Niet alleen qua uitstraling en gevoel, maar ook omdat we ons steeds bewuster worden van materiaalgebruik. We zijn op zoek naar producten die niet schadelijk zijn voor onze planeet. Hout dat op een verantwoorde manier wordt vervaardigd is dan perfect.”
Houten kozijnen
Deze trend is ook te zien in de populariteit van houten kozijnen. “Veel mensen vinden houten kozijnen mooier dan kunststof kozijnen. Ze zijn eleganter en beter te bewerken. Kijk bijvoorbeeld naar oude, monumentale panden.”
“Als taxateur vind ik het echter vooral interessant dat hout een langere levensduur heeft. Om een voorbeeld te geven: zachthout gaat 50 jaar mee, hardhout 60 jaar en gemodificeerd hout maar liefst 80 jaar. Ter vergelijking: kunststof gaat 30 jaar mee en aluminium 40 jaar.”
“Een ander voordeel is dat je houten kozijnen makkelijker kunt aanpassen. Van enkel- naar dubbel- of zelfs triple-glas gaan is bij houten kozijnen vele malen makkelijker dan bij kunststof kozijnen.”
Waarde
Taxateurs zien het dan ook vaak als pluspunt wanneer een woning houten kozijnen heeft. Er zijn echter wel een paar voorwaarden. “Houtkwaliteit en onderhoud spelen een belangrijke rol. Er is veel verschil tussen houtsoorten. En goed onderhoud is essentieel.”
“Wie voor slechte kwaliteit hout kiest en onderhoud verwaarloosd, zal merken dat er kieren, naden en scheuren ontstaan. En dát zijn de dingen waar wij opletten als taxateur. Is het onderhoud slecht? Dan heeft dat een nadeliger effect op de woningwaarde.”
Een taxateur kijkt dus voornamelijk naar de kwaliteit van het hout. “Welk soort hout wordt gebruikt is niet direct belangrijk, maar over het algemeen geldt natuurlijk dat bij hoogwaardige houtsoorten de staat vaak ook beter is. Tevens heb je minder onderhoud nodig om het in stand te houden, wat weer geld scheelt. Ik zou dan ook zeker adviseren om altijd voor het kwalitatief goed hout te gaan.”
Kopers
Een taxateur houdt niet alleen rekening met de kwaliteit van houten kozijnen. “Wij kijken ook naar de vraag in de markt. Voor mensen die met een kortere blik naar een woning kijken, wat vaak het geval is, heeft kunststof vaak meer waarde. Je hebt tenslotte op korte termijn nauwelijks onderhoud. Maar voor mensen die kijken naar historie en kwaliteit, heeft hout meer waarde. En als je kijkt naar binnenkozijnen, dan wordt hout echt gezien als een luxe product. Dus dan hebben houten kozijnen ook weer toegevoegde waarde.”
Waar de voorkeur van Jipping naar uit gaat? “Mijn voorkeur gaat uit naar houten kozijnen, maar als mensen liever kunststof kozijnen hebben, dan begrijp ik die overweging op korte termijn ook. Het probleem is dat veel mensen enkel naar de korte termijn kijken. Dan zijn ze bij kunststof goedkoper uit, maar als je op de langere termijn gaat kijken dan is hout juist veel voordeliger. Hout is bovendien her te gebruiken, wat het nóg duurzamer maakt.”
De oplossing zit hem volgens Jipping in subsidies. “Je moet houten kozijnen nog interessanter maken voor particulieren. Indien hier een beleid voor komt, net zoals bij bijvoorbeeld zonnepanelen en elektrisch rijden het geval is, dan wint de houtindustrie met gemak. Enkel inzetten op de total cost of ownership is onvoldoende, want zoals ik al zei: particulieren focussen zich voornamelijk op de korte termijn.”
Toekomst
Jipping is van mening dat veel mensen momenteel nog niet goed geïnformeerd zijn over de voordelen van houten kozijnen. “Ik merk dat ze niet goed kunnen inschatten wat hout voor hun huis doet. Uit gemakzucht kiezen ze vaak voor kunststof. Initiatieven zoals HOUT100% zijn dan ook erg belangrijk. Alleen als we de voordelen van hout blijven benadrukken, zullen mensen de stap naar houten kozijnen maken.”
“Momenteel denk ik dat op de korte termijn kunststof in nieuwbouwwoningen nog de overhand zal hebben, maar ik zie het wel gebeuren dat het aandeel van houten kozijnen gaat groeien. Hout is zo’n mooi product!”
De taxateur is zelf in ieder geval al een tijdje overtuigd. “In mijn vorige woning heb ik gekozen voor houten kozijnen. En mijn huidige woning is een houtskeletbouwwoning met wederom houten kozijnen. Ik vind hout een prachtig product. En in hout hoort hout.”
Onze planeet is een prachtige, maar kwetsbare oase in een onherbergzaam heelal. Dat wil ik graag laten zien aan anderen, ik wil ze waarschuwen. Ik ben na mijn eerste vlucht naar het WNF gestapt om te kijken waar ik kan helpen als het gaat over biodiversiteit en natuurbehoud. Mijn stemming wisselt tussen pessimisme en optimisme.
Het gaat slecht met de biodiversiteit in de wereld. Sinds 1970 zijn we 70 procent van de dieren kwijtgeraakt. Maken we onze aarde kapot, dan houdt het op. Dat er dan wellicht een paar mensen op Mars rondhuppelen maakt niet het verschil. We kunnen niet met z’n allen naar een andere planeet verhuizen als we deze hebben opgebruikt. Maar als ik dan op universiteiten en beurzen en bij bedrijven jonge, slimme mensen tegenkom met briljante, innovatieve ideeën, dan stemt me dat weer optimistisch. Langzaam verandert de maatschappij. Vroeger had niemand het over elektrische auto’s, FSC of bio-producten. Nu liggen de schappen er vol mee. Als de consument doorkrijgt dat je nog steeds comfortabel kunt leven als je dingen duurzaam doet, en als bedrijven doorkrijgen dat je nog steeds gezond kunt ondernemen als het duurzaam is, dan gaan we de goede kant op.
We kunnen de ruimte in de toekomst gaan gebruiken voor bijvoorbeeld energiewinning, zodat we fossiele brandstoffen niet meer nodig hebben. Er zijn serieuze ideeën om Helium-3 van de maan te halen om te gebruiken voor kernfusie- reactoren, een proces waarmee we de zon nabootsen. Volgens sommige berekeningen kunnen we daarmee de hele aarde voor 1000 jaar voorzien van schone brandstof. Mogelijk blijft dat science-fiction, maar het is de moeite waard om dat uit te zoeken. Ook kunnen we kijken naar delfstofwinning op de maan en op planetoïden. Dat zijn grote brokken steen die soms dicht bij de aarde komen. Deze zitten vol met kostbare metalen als palladium, ittrium, platinum, wat we nodig hebben voor onze mobieltjes en LCD schermen. Of kobalt voor de batterijen van de elektrische auto’s. Nu hebben we daar nog gevaarlijke en vervuilende mijnbouw voor nodig. Zo kunnen we de ruimte goed benutten en de aarde met rust laten en voorzie ik een prachtige aarde vol houten gebouwen en natuur.
Voor deze oplossingen moeten we het hebben van de jonge generatie. Zij denken out-of-the-box en niet in problemen, maar in oplossingen. Er is helaas een groot tekort aan jonge mensen in technische vakken. Op alle niveaus, maar zeker op het mbo. Daarom ben ik ook bij het Techniekpact betrokken. Techniek bied je een prachtige carrière. We moeten ons óók op meisjes richten. Mijn activiteiten voor het Techniekpact richten zich op kinderen in de leeftijd van 10 – 12 jaar. Wanneer je kinderen op die leeftijd op een leuke manier laat kennismaken met techniek, zijn ze er later eerder voor gewonnen. Het is lastig om voldoende jeugd te enthousiasmeren voor een technisch vak of ambacht, maar door ze te vertellen over ruimtevaart en wat daarbij komt kijken, hoop ik ze ervan te overtuigen dat techniek overal in zit en hartstikke leuk is.
Wat wil je eigenlijk aan het einde van je leven betekend hebben voor mensen? De combinatie van avontuur, spanning en nut heeft mij op dit carrièrepad gebracht. Die mix was de reden om arts te worden en daarna astronaut. Aan het eind van mijn leven hoop ik dat ik de mensheid een klein stukje verder heb geholpen. Door de experimenten waaraan ik heb bijgedragen en door het enthousiasmeren van de jeugd. Die heeft de toekomst.
Je weet zoveel prachtige verhalen vol passie en begrijpelijk op ons over te brengen. Stel mensen onthouden er maar één ding van, wat wil je dat dat is? Als ik word onthouden als de persoon die veel jonge mensen heeft weten te enthousiasmeren voor wetenschap, techniek en duurzaamheid, ben ik tevreden.
Onze aardbol is vooral bedekt met heel veel zoutwater, hoge gebergten en woestijn. De vruchtbare grond om op te leven is heel beperkt.
In 1968 vlogen er voor het eerst mensen om de maan in de Apollo 8. Ik zie onze aarde nu ook als een ruimteschip. Wij zijn allemaal astronauten op een ruimteschip met beperkte voorraden. Als de oceanen leeggevist zijn en de bossen verdwenen, dan krijgen we dat niet meer terug. We zitten allemaal in hetzelfde schuitje. Ik zag vanuit de ruimte gekapte bossen, erosie, lichtvervuiling en luchtvervuiling. Onze aarde heeft hersteltijd nodig. Dan kunnen we bronnen en grondstoffen blijven gebruiken. Maar dat lukt niet zonder hersteltijd.
Ontbossing is goed te zien vanuit de ruimte in de vorm van rookpluimen in bijvoorbeeld Afrika en Indonesië of de graatstructuren van weggekapt regenwoud in Brazilië. Daar is de belangrijkste oorzaak van grootschalige houtkap de veeteelt. Voor de verbouw van mais en soja dat nodig is om tot veevoer te verwerken. Op Borneo zijn oliepalmplantages een groot probleem. Ik heb met eigen ogen gezien hoe daardoor veel grond braak ligt en de biodiversiteit is verdwenen. Het verdwijnen van het bos berooft de bewoners van hun levensonderhoud en dwingt ze te verhuizen naar krottenwijken in de steden.
Elke dag komen er 200.000 mensen bij. Dat is een flinke stad per dag.
Ook hardhout is een probleem. Mijn eigen houten kozijnen zijn FSC-gecertificeerd. Dat doe ik omdat de bossen hiervoor gekweekt zijn en houtconsumptie niet ten koste gaat van eeuwenoude bomen. Als je een oude boom kapt, worden complete biotopen vernietigd. In FSC-bossen wordt een boom bewust gekapt om licht te creëren voor de groei van een nieuwe boom. En ook hier weer is de oplossing dus hersteltijd. Zijn we nog op tijd om het tij te keren? Ik blijf positief over wat we als mensen kunnen. Met andere materialen en technologieën kunnen we zorgen dat het consumptie efficiënter en schoner kan. Maar het is ook een politiek verhaal. Overbevolking is een groot probleem. En de toename van de westerse overconsumptie legt een enorme druk op de natuur. De mensheid is eigenlijk een plaag voor deze planeet. Elke dag komen er 200.000 mensen bij. Dat is een flinke stad per dag.
Wat is jouw visie op de toekomst van bouwen in Nederland?
Nederland is één van de dichtstbevolkte landen ter wereld. Menselijke activiteit kon ik goed zien vanuit de ruimte, zoals de Afsluitdijk en de Deltawerken. ‘s Nachts is Nederland één van de meest verlichte plekken in Europa, duidelijk een dichtbevolkt land. Al deze mensen willen prettig leven, met zo veel mogelijk natuur om hen heen. Want dat is goed voor de gemoedsrust.
We hebben in Nederland tegenwoordig te maken met een enorme veestapel. Vroeger at men een keer per week vlees, tegenwoordig veel vaker. Het meeste vlees dat we produceren exporteren we trouwens, dat is niet eens voor onze eigen consumptie. Ik ben zelf geen vegetariër, ik waardeer een goed stukje vlees als ik ergens uit eten ben, maar het consumeren van veel vlees is slecht voor onze gezondheid en legt grote druk op natuur en milieu. Denk aan ontbossing, de enorme hoeveelheid zoetwater die nodig is en de uitstoot van methaan. Met het verkleinen van de veestapel en efficiëntere gewassenteelt kan veel grond gebruikt worden voor natuur, recreatie en woningbouw.
De timmerindustrie wil het zo goed mogelijk doen, bijvoorbeeld door deze certificeringen waar strenge eisen aan verbonden zijn. Zijn de houten kozijnen in jouw woning van een gecertificeerde fabrikant? Jazeker. Dat was een heel bewuste keuze. Een boom staat in een compleet ecosysteem. Als we weer alleen maar productiebossen aanleggen, dan verliezen we biodiversiteit. Dus een productiebos naast een natuurlijk bos, dat is het beste. We hebben in Nederland een grote vraag naar meer woningen. Hout vind ik zelf prachtig, het is een organisch materiaal dat leeft. Schitterend om mee te bouwen. Ik zie liever hout dan beton. We wilden in onze stolpboerderij het nostalgische, oud-Hollandse karakter combineren met het moderne, dus is veel hout gebruikt. De natuur om ons heen voelen is erg prettig, iets wat ik erg miste in de ruimte.
André Kuipers woonde en werkte in totaal 204 dagen in de ruimte. In het internationale ruimtestation ISS was hij arts, wetenschapper, boordingenieur, docent, klusjesman en schoonmaker. Nu – 10 jaar later – genieten we nog steeds van zijn verhalen en ervaringen. En meer dan ooit zijn er belangrijke lessen te leren.
Moet je niet een tikkeltje gek zijn om de ruimte in te willen gaan?
Het is echt een passie, bijna een obsessie, te vergelijken met topsport. Je doet alles om je doel te bereiken, je bijt je erin vast, alles moet ervoor wijken. Voor iedere missie moet je drie tot vier jaar trainen en 80 procent van wat ik geleerd heb, heb ik niet gebruikt. We hebben op de grond veel op storingen en calamiteiten getraind, terwijl het grootste deel van wat je in de ruimte doet routine is. Ook train je voor het uitvoeren van allerlei experimenten.
Zo zou ik vanuit de ruimte een robotwagentje besturen in Noordwijk. Dat experiment werd helaas uitgesteld. Ik was ook back-up voor het koppelen van de Dragon van SpaceX aan het ruimtestation ISS. Dat ging ineens wel door! Het blijft frustrerend voor me om te beseffen dat heel veel van de kennis die ik heb opgedaan, nooit zal hoeven gebruiken.
Wat vond je het minste en het mooiste in de ruimte?
Ik miste de natuur daar enorm. Vogelgeluiden, frisse wind… In het ruimtestation heb je alleen maar plastic en metaal om je heen en hoor je voortdurend machinegeluiden. Ik kreeg daarom van mijn Russische collega een bestandje met vogelgeluiden toegestuurd. We hebben de groene plastic strips van voedselpakketten bij elkaar vastgeplakt in een module. Zo bootsten we een bos na, om er voor het gevoel even in te kunnen rondzweven.
Zweven is één van de prettigste dingen om te ervaren. De eerste dagen maakt het je bewegingsziek en je moet ook echt leren netjes te zweven zodat je niet wild tegen dingen aanbotst. Daarna is het heerlijk. Het vrije gevoel, nergens drukpunten ervaren. Slechts één licht duwtje met je vinger is genoeg voor de gewenste beweging. Ik ben daarom nog altijd graag onder water, dat komt nog het dichtst bij dit gevoel.
Ook het spelen met gewichtsloosheid is magisch. In gewichtsloosheid vormen vloeistoffen zich tot een bol. Dat gebeurt dus ook met sinaasappelsap en melk. We leren dat we niet mogen spelen met eten, maar in het ruimtestation deden we niets liever.
Met stip op één staat het fenomenale uitzicht dat ik had op de aarde en het heelal. Dat is het allermooiste van het vak en de reden waarom ik het ooit wilde gaan doen: de aarde vanuit de ruimte zien.
Maar liefst 16 keer per dag zag je de zon opkomen en ondergaan. Dat moet heel bijzonder zijn!
Ja, dat blijft mooi. We vliegen met 28.000 kilometer per uur om de aardbol heen. Dat betekent 16 keer per dag drie kwartier in het licht en drie kwartier in het donker. We hebben weinig tijd om hier echt van te kunnen genieten. Elke minuut in de ruimte is namelijk ingepland voor nuttige werkzaamheden. Je bent daar de handen en ogen van wetenschappers en technici op de grond. Maar op de vrije momenten heb ik er volop van genoten. De zon die door de lagen van de atmosfeer schijnt geeft de mooiste kleuren. Het ruimtestation is het ene moment in de volle zon, dan weer blauwig verlicht en dan weer in prachtige goudkleuren te zien. Op de momenten dat het op aarde net donker is terwijl de zon nog op het ruimtestation schijnt, kun je het ISS minutenlang zien als het overkomt. Het ziet eruit als een heldere ster die zo snel gaat als een vliegtuig.
In 1,5 uur ben je om onze aardbol heen.
In de ruimte ervaar je een kosmisch gevoel. Als je gewoon in Nederland bent, ervaar je de aarde als plat en de lucht als oneindig. Maar vanuit de ruimte zie je die bol, waar je omheen vliegt. Je ziet Mars en Venus opkomen, de maan… Je bent onderdeel van iets veel groters.
Je zou het als een soort religieus gevoel kunnen omschrijven. De aarde is maar een kleine bol. Je bent er zo omheen. Als je boven India zweeft, weet je dat daar een miljard mensen wonen. En je weet ook: over 1,5 uur zie ik ze weer. Ik kreeg daardoor ook een claustrofobisch gevoel. Niet voor mezelf, maar voor onze aarde. Alleen dat dunne, kwets-bare dampkringetje beschermt ons tegen het heelal.
Een vijandige omgeving met extreme temperatuurverschillen en omstandigheden. Het voelde als een dreigende, zwarte deken. Dat doet je beseffen dat je vanuit aarde niet even ergens anders heen kunt. En dat onze aarde maar een klein bolletje is.
WWF’s visie op bosbeheer gaat over Nederlands Natuur Netwerk en Natura 2000, natuurvolgend bosbeheer en het vergroten van de connectiviteit van natuurgebieden. De grote vervuilers qua CO2-uitstoot zijn landbouw, transport en de bouw. In de bouw is de grote vervuiler beton. Wanneer we hout toepassen kan deze CO2-uitstoot flink beperkt worden. Hout vervangt ook materialen als aluminium en kunststof. Hout wordt steeds meer toegepast in de bouw. Dat is een goede ontwikkeling op gebied van duurzaam bouwen en waardecreatie aan het bos. WWF stimuleert daarom het gebruik van gecertificeerd hout in de bouw.
Bijdrage van de bouw
De bouw kan een bijdrage leveren aan de verbetering van bosbeheer in Nederland, door het gebruik van gecertificeerd hout. Bomen leggen CO2 vast. Door hout te gebruiken wordt de CO2 voor langere tijd vastgehouden. Daarnaast is hout hernieuwbaar en staat het voor duurzame bosbouw en een minimale impact op omgeving (sociaal) en milieu (ecologisch). De vraag naar duurzaam geproduceerd hout neemt dan toe en de vraag naar hout zonder certificaat neemt af. Er is meer controle nodig of daadwerkelijk gecertificeerd hout wordt toegepast. Toepassen van duurzaam geproduceerd hout moet de norm zijn.
Gebruik van hout in de bouw
WWF stimuleert het gebruik van duurzame materialen als hout in de bouw. Kennis vergroten over de toepassingsmogelijkheden van hout bij opdrachtgevers, overheid, architecten, bouwbedrijven en consumenten is hierin een belangrijke stap. Zodat zij niet gemakkelijk grijpen naar vertrouwde gebruiksmaterialen als beton, staal en kunststof. Beton is een grote CO2-uitstoter, zowel tijdens de extractie van grondstoffen, transport en verwerking tot beton. Tijdens extractie van de grondstoffen uit de bodem wordt de bovenlaag vaak onherstelbaar vernield. We willen dus dat er meer duurzame materialen worden toegepast. Hout is een hernieuwbare grondstof en daarmee duurzaam.
Circulair bouwen
Er is vaak veel mogelijk op het vlak van circulair en ecologisch vriendelijk bouwen. Gebruik duurzame materialen zoals hout. Gebruik daar waar het kan gecertificeerd hout. Er zijn verschillende voorbeelden van gebouwen en objecten die van hout zijn gemaakt en niet ’standaard’ zijn, deze voorbeelden moeten we meer gaan delen en omarmen. Collega’s in de bouw die ervaring hebben met ‘duurzaam’ bouwen kunnen anderen inspireren. Stel bijvoorbeeld ook eens een ecoloog aan in het bouwteam.
De tijd dat houten kozijnen op de bouwplaats in elkaar gezet, beglaasd en geschilderd werden, is zo goed als voorbij. Vandaag de dag vinden steeds meer handelingen plaats in de fabriek. En dat levert veel voordelen op. In dit artikel bespreken wij de vijf grootste voordelen van prefab houten kozijnen in de bouw.
Sneller bouwen
Tijd is geld. En dat geldt zeker in de bouw. Elke dag dat een bouwproject langer duurt, kost dat de opdrachtgever geld. Met prefab kan die bouwtijd flink ingekort worden. Door houten kozijnen al in de fabriek in elkaar te zetten, het (isolatie)glas te plaatsen en ze te voorzien van een aflaklaag, hoeft er op de bouwplaats veel minder werk te gebeuren. Zodra de kozijnen uit de fabriek komen, kunnen ze gelijk de gevel in. Hierdoor verloopt de bouw veel sneller.
Makkelijker plannen
De timmerman die een dag uitloopt, de glaszetter die moet wachten op de levering van ramen of de schilder die door aanhoudende regen dagenlang niet kan werken: plannen op de bouw is een flinke operatie. Het tekort aan vakmensen in de bouw maakt deze uitdaging nog groter. Met prefab kozijnen heb je echter veel minder mensen op de bouw zelf nodig. Door kozijnen in de fabriek volledig te maken, te voorzien van glas en af te lakken, zitten ze vaak binnen een dag in de gevel. Dat maakt de planning niet alleen makkelijker, maar ook betrouwbaarder.
Betere kwaliteit
Waar op de bouwplaats stof, zand en het weer invloed hebben op de afwerking van kozijnen, is de productie in de fabriek volledig geconditioneerd. Dat zorgt ervoor dat de kwaliteit van prefab kozijnen gegarandeerd goed is. Verbindingen zijn luchtdicht, waardoor de isolatiewaarde van de houten kozijnen zo hoog mogelijk is. Ook heeft de lak een optimale laagdikte. De lak is rondom aangebracht. Dus ook op plaatsen waar de schilder op de bouw niet bij kan. Prefab kozijnen gaan op deze manier nóg langer mee.
Langer onderhoudsinterval
Een ander voordeel van produceren onder geconditioneerde omstandigheden, is dat de periode tot de eerste onderhoudsbeurt veel langer is. Daarmee besparen bewoners en woningcorporaties op kosten voor onderhoud. Ook voor het uitvoeren van onderhoud zijn goede vakmensen schaars. Hoe beter je het onderhoudsinterval kunt voorspellen, hoe makkelijker dit in te plannen is.
Minder faalkosten
Traditionele kozijnen lopen op de ruwbouw – de fase voor de afwerking van een woning – vaak schade op door stoten, knoeien van metselspecie, stof of het weer. Om deze schade te herstellen, moeten extra uren gemaakt worden. Bij prefab kozijnen voeren fabrikanten hun kwaliteitscheck uit nog voordat het eindproduct de fabriek verlaat. Zo worden faalkosten tot een minimum beperkt.
Oftewel, efficiënter bouwen
De eisen voor bouwprojecten worden steeds hoger: bouwen moet sneller, goedkoper en beter. Met prefab houten kozijnen kan aan al deze eisen worden voldaan. Bovendien maakt prefabricatie bouwprojecten minder afhankelijk van de beschikbaarheid van personeel. Zo behoren vertragingen door uitgelopen planningen of tekort aan vaklieden, tot het verleden.